15 JAAR DEN DORPEL
SATURDAY, JULY 19 - HECHTEL

website club

reporter: Laurence
photo
: Laurence

ARTIST INFO CONCERT REVIEW

THE JUMPING JERKS (B)
website

JIM COFEY (B)
website

RUSTY ROOTS (B)
website
        
        
 

      

Ter gelegenheid van het 15 jarig jubileum van Café Den Dorpel in Hechtel werd besloten een feestweekend te organiseren van 3 dagen. De tweede dag ervan werd specifiek een rootsnight. Dit café kende ik al van in het begin (van toen Mr PC er nog accordeon speelde in de pauze!) en soms werden ook live bluesgroepen geprogrammeerd waarbij het steeds stampvol was. Ditmaal hadden ze aan de zijkant van het café een flinke tent opgesteld met adequate PA en licht, terwijl buiten uiterst nette wc wagens ter beschikking stonden. Het vooropgestelde entreegeld was afgeschaft maar het duurde wel wat eer de tent vol was. De consumpties waren voor een prikje, slechts 15 euro voor een zuipkaart van 11, en dan hebben ze nog een happy hour gehouden met 2 for 1. Om 21u moest de eerste groep beginnen maar na een minuutje spelen voelde de zanger-gitarist van de Jumpin’ Jerks zich niet goed en moest buiten de tent lucht gaan happen. Na een poosje kwam Patrick Cuyvers aankondigen dat ze het opgaven, de instrumenten zouden verwisseld worden en na een half uurtje zou Jim Cofey dan openen. De wissel en heel lange soundcheck heeft uiteindelijk geduurd tot 23 uur! Eindelijk kon het feest beginnen.

 

 

 

 

Jim Cofey hoeft hier niet meer voorgesteld te worden, we hebben er reeds meerdere gedetailleerde verslagen over gebracht in 2008. Tijdens dit 1-1/2 uur durende optreden brachten ze naast hun klassieke opener “Doney’s theme” slechts een paar nummers uit hun cd: “Kinky reputation”,”Fat Cakes” en “It’s a waste of time”. De rest was meestal zeer funky, echt soul uit de oude doos. Wat mij zeer in de smaak viel was “it’s gona rain” (steeds toepasselijk in België), met goede diepe saxklanken van Igor Maseroli en een deftige bassolo van Jan Ieven. Er werd maar één traag nummer ingelast in de stijl van Ray Charles, maar zoals alle andere nummers gezongen door pianist-hammond tokkelaar Patrick Cuyvers die hier bij wijze van spreken in zijn eigen tuin speelde. Voor het slagwerk zorgde Steve Wouters en percussionist Gert Servaes, die nog zat na te glunderen van zijn optredens in Peer. De sound van de band staat of valt door die uitbundige percussie, een beetje zoals Santana in hun beginperiode. Het was goed om eens wat ander werk als hun cd te horen, ze zijn precies heel productief in het creëren van nieuwe songs. Rob Verspouwen staat ook steeds garant voor een goede uitvoering ervan op de sologitaar. Het publiek reageerde echter nogal gelaten op het genre, hadden ze misschien meer blues verwacht?

Rusty Roots had maar een korte soundcheck nodig en gaf er meteen de beuk in met swingende en (alweer) funky beginnummers. “on top of the world” kon niet overtuigen maar dat schenen alleen opwarmertjes geweest te zijn. Voor de rest hebben we blues van de bovenste plank gekregen. Harpist Kris Rogiers (Reverend Hotrod) werd op het podium gehaald en persoonlijk hoor ik hem zo veel liever als met zijn Praised Sinners. Bij “Tell me” van BB King kreeg ik dat Waw gevoel. Het had lang geduurd maar nu kregen we waar voor onze wachttijd. JJ Louis en Kris klonken samen zeer goed. Toen verlieten er een paar het podium en bracht JJ een puike uitvoering van Green Onions (Booker T and the MG’s) op Hammond B3 orgel. Het percussiestel van Jim Cofey stond er nog en Gert kon zich niet houden, beklom het podium en begon mee te spelen. Mister Bob en Beejee versterkten het allemaal met hun uitstekend geïmproviseerd gitaarwerk. Voor de volgende nummers werd JJ’s broer Big Dave erbij gehaald en zijn mondharmonicaspel is toch wel geweldig te noemen. Met al dat volk op het podium begon het echt als een jamsession te klinken en Mr Tutt had het duidelijk naar zijn zin op de drums, de interactie met Gert verliep vlekkeloos. We kregen het een na het ander goed nummer. Na middernacht en niet gebonden aan hun cd werk was Rusty Roots deze keer een stuk beter als wat ik van hen de laatste tijd gehoord had. Op het einde had Mr Body zijn dubbele bas opgepikt en dat klinkt toch nog altijd veel beter als die elektrische. Het bisnummer was terug met Kris op de harp en het swingde alsmaar beter. Daverend applaus was niet uit de lucht gegrepen. Zij hebben het potentieel van een supergroep, zolang ze maar niet teveel nadenken over hun muziek en spelen vanuit het (goed) gevoel.

Laurence